2013/09/07

Dag, zomer

Aangezien september nu al bijna een week oud is en het sinds gistermiddag geen mooi weer meer geweest is, denk ik dat de zomer nu echt aan een einde gekomen is. Er zullen vast nog wel zonnige dagen komen, maar echt heet zullen ze niet meer zijn. Over drie dagen moet ik weer naar school. De meesten zijn vorige week al aan school begonnen. Het is weer tijd voor ritme, structuur, stress: het 'gewone' leven. Waarom wordt dat eigenlijk 'gewoon' genoemd? Omdat het jaar grotendeels uit structuur en stress bestaat? Omdat vakantie slechts een traktatie is van alle andere dagen waarop we verplichte bezigheden vervullen? Begrijp me niet verkeerd, het is niet zo dat ik een hekel heb aan de tien maanden in het jaar dat we niet vrij zijn. Vakantie maakt alles gewoon nóg beter. Nóg mooier en fijner. En de zomer, de zon en de warmte versterken dit ook nog eens enorm.

Ieder jaar lijk ik aan het begin van de zomervakantie te vergeten dat er ook weer een einde aan zal komen. Al die zeeën van tijd die eind juni voor me liggen, lijken in mijn hoofd veel langer te zijn dan een paar maanden. De tijd lijkt oneindig. Misschien schakelt mijn hoofd simpelweg de gedachte uit dat het om twee maanden gaat, want dat klinkt in mijn oren als weinig. Twee maanden, dat zijn slechts zo'n acht weken. Twee maanden vliegen zo voorbij, zoals de zomer dan ook gedaan heeft.

Twee maanden vol feestjes, plezier en geluk. We praatten, schreeuwden, lachten, dansten, dronken, aten, rookten, sliepen uit, reisden, flirtten, zoenden, huilden (van geluk), zwommen, keken, proefden, roken, luisterden en voelden. Een reis naar Kos; Lowlands festival; feestjes in iedereens tuin; feestjes in Utrecht, Hoorn en Amsterdam; verjaardagen; logeerpartijtjes hier en daar. Er kwam geen einde aan, het kon niet gek genoeg. We proostten op het leven, het geluk, het goede weer en de mooie dingen die we samen hebben meegemaakt. Zomer is alleen maar jurkjes en korte broeken dragen. Met blote benen en zonder jas of sjaal. De geur van zonnebrand en aftersun, het bruin worden van de huid en het krijgen van zomersproetjes. Zoveel nachten veel te laat gaan slapen, om vervolgens midden op de dag weer een keer wakker te worden. Soms was het geen nacht meer wanneer we eens naar bed gingen, gingen we 's ochtends pas slapen. We zeiden niet 'tot morgen' tegen elkaar, maar 'tot straks'. Tijdens de zonsopgang naar huis fietsen, zonnebril op tegen de zwermen vliegen die op je afkwamen. En misschien ook tegen de tegenliggers, die niet hoefden te zien hoeveel uur je inmiddels al wakker was. Op zaterdagochtend gesloopt in de trein zitten, tussen alle dagjesmensen en mensen in pak onderweg naar hun werk. Gaan slapen, terwijl het normaal gezien tijd zou zijn om op te moeten staan. Nachtdieren, dat is wat we zijn wanneer het zomer is.

In september wordt alles weer omgedraaid. We herontdekken weer wat deadlines zijn en wat stress betekent. We beseffen ons opnieuw dat het leven ook om serieuze dingen gaat. We moeten weer ons huiswerk maken, op ons geld letten en winterjassen gaan dragen. Door de regen en sneeuw naar school fietsen, verlangend om later op de dag weer thuis te zijn en voor de verwarming te kunnen zitten met een kop warme chocolademelk en slagroom. We kunnen niet meer wakker blijven tot de zon opkomt, omdat we tegen die tijd alweer in de schoolbanken moeten zitten. Weekend betreft niet meer zeven dagen in de week, maar slechts twee. Het contrast tussen zomer en winter.

Dag, mooie zomer. Je bent voorbij gevlogen. Zoals dat altijd zo gaat.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten